Digitalisering in de maakindustrie zorgt voor innovatie, efficiëntie en concurrentievoordeel. Denk aan smart factories, robotisering, datagestuurde processen en samenwerking binnen toeleveringsketens. Maar diezelfde digitalisering maakt productiebedrijven ook kwetsbaar voor cyberdreigingen. Cybersecurity in de maakindustrie is daarom essentieel — niet alleen om datalekken te voorkomen, maar ook om stilstand van productie te vermijden en vertrouwen in de keten te behouden.
De maakindustrie behoort wereldwijd tot de meest aangevallen sectoren. In 2022 rapporteerde IBM dat de productiesector voor het tweede jaar op rij de meest aangevallen sector ter wereld was, met 23% van alle cyberaanvallen gericht op deze industrie. In Europa, en ook in Nederland, zien we dezelfde trend.
Volgens de Dutch Innovation Monitor (2023) is de maakindustrie in Nederland de sector met het hoogste risico op cyberaanvallen. Dat komt vooral door de combinatie van legacy-systemen, automatisering, koppelingen met leveranciers en een relatief lage cybersecurity-awareness.
Koppeling van IT en OT: Machines, sensoren en industriële besturingssystemen (OT) worden steeds vaker verbonden met netwerken (IT). Dat biedt toegangspunten voor hackers, zeker bij verouderde systemen zonder actuele beveiliging.
Druk op productiecontinuïteit: Elke minuut stilstand kost geld. Cybercriminelen weten dat en gebruiken vaak ransomware om snel losgeld af te dwingen.
Waardevolle data en IP: Ontwerpen, formules, processen en productiegegevens zijn vaak zeer vertrouwelijk. Diefstal daarvan kan grote financiële en strategische schade veroorzaken.
Ransomware is een van de grootste bedreigingen voor productiebedrijven.
In een rapport van Sophos (2023) blijkt dat wereldwijd 66% van de productiebedrijven in 2022 slachtoffer werd van ransomware.
Het gemiddelde losgeld wereldwijd in deze sector bedroeg $2,4 miljoen USD (bron: Sophos State of Ransomware in Manufacturing and Production 2023).
In Nederland rapporteerde het Digital Trust Center dat meer dan 60% van de MKB-bedrijven in de industrie in 2023 een toename zag van phishing en malware-aanvallen.
Het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC) waarschuwt specifiek voor geavanceerde aanvallen op industriële automatisering en SCADA-systemen in Nederlandse fabrieken.
Software die systemen versleutelt en pas na betaling weer toegang geeft. In de industrie vaak gericht op het platleggen van productieomgevingen.
Aanvallen via e-mail waarbij medewerkers worden misleid om op kwaadaardige links te klikken of inloggegevens te delen. In grotere bedrijven klikt gemiddeld 37,5% van werknemers nog steeds op phishing-links (bron: Hoxhunt, 2024).
Via zwakke leveranciers of partners worden industriële netwerken geïnfiltreerd. Voorbeeld: de SolarWinds-hack trof indirect ook Europese maakbedrijven via beheerde IT-diensten.
Verlies of diefstal van technische documentatie, klantinformatie of IP, vaak via onbeveiligde cloudopslag of verkeerd ingestelde systemen.
De impact van een cyberaanval op een productiebedrijf kan enorm zijn:
Stilstand van machines en verlies van omzet
Boetes of sancties bij datalekken (AVG/GDPR)
Reputatieschade bij klanten en partners
Verlies van concurrentiegevoelige informatie
Langdurig herstel van systemen en data
Een voorbeeld uit Nederland: in 2021 werd VDL Nedcar getroffen door een grote cyberaanval waardoor de productie dagenlang stilviel. De financiële schade liep in de miljoenen euro’s.
Cyberveiligheid is geen losstaand technisch vraagstuk, maar een strategisch onderdeel van innovatie en digitale transformatie. Zeker als je werkt aan industrie 4.0 implementatie, smart industry of inzet op cobots en machine learning.
Organisaties als IQonIQ kunnen een verbindende rol spelen in kennisdeling, regionale samenwerking en ondersteuning van bedrijven bij het versterken van hun digitale weerbaarheid.